Babbel met Sterre

Het is koninginnedag. We zijn in alle draaimolens geweest die we vinden konden. Je kocht een knikker en een stuiterbal en toen je door had dat je bij een boekje van 5 cent nog vier boekjes gratis kreeg, holde je door naar de volgende kraam om te zien of je daar met een glimlach ook zoveel gedaan kreeg. De vrachtauto die je hebben wilde kostte 50 cent. "Das niet zoveel he, mamma?", glunderend kijkend naar het blauwe zakje waar mijn centjes in zaten. "Het is nog niet op he?", wilde je steeds weten, speurend naar nog meer.

Mamma, zullen we Mila bellen? Dan kunnen wij fijn verstoppertje spelen dan dan kunnen Tasja en jij lekker koffie drinken. Okee? Zullen we dat doen mamma?

Voor het eerst was ik twee nachtjes van huis voor een cursus. Toen ik terugkwam was je erg blij. Je was me kwijt, vertelde je.

Je hebt nog steeds je pyama aan. Je wil je niet aankleden want we spelen winkeltje. IK koop bij jou een rompertje, een broek, sokken en een trui en hoop dat je je nu wel wil aankleden.
"Ik ben winkelmevrouw", zeg je:"Ik hoef me nu niet aan te kleden".
Als ik zeg dat ik de deur uit wil, beweer je dat je je zal aankleden als je je tanden hebt gepoetst. "Zullen we dan tanden poetsen", vraag ik hoopvol.
"nee!"

Wij hebben buren. Wij hebben onze buren. Dat zijn niet andere buren. Die zijn van andere kindjes.